Rokjesdag

10 maart 2014

En dan is er tussen het geklets en geklaag een kort moment waarop ik de aandacht vraag. Met een nies bui van jewelste. Mijn nek doet pijn van het dubbelklappen. De hand voor de mond, op tijd de omgeving tegen mijn aanval op hun gezondheid in bescherming genomen. Ik sta op een schoolplein tussen de kinderen van anderen in de zon. (In de zon.) Dat het zonnig is, viert de stadsmens uitbundig en onmiddellijk, en ik zie zelfs blote benen. Een kennis roept vragend via de wolk van het virtuele gemis of het vandaag inderdaad rokjesdag is. Rokjesdag? Ik zou het niet weten. Onderdruk de neiging om hem in het openbaar van een knorrig repliek te dienen. Dat het in ieder geval geen korte broeken dag is voor de leden van het mannelijk geslacht.
Met een verkouden kop is het lastig om een beetje over de grenzen van de seksen heen te denken. Ik nies, en nasnikkend verbeeld ik mij een man in rok, kijk hem gaan, hij fietst fluitend aan het volle plein voorbij, en geurt opvallend blij met zijn modieuze rokjesdag rok, gewoon omdat het voorjaar is, kijk toch aan die rok, een mooi model, een fijne plooi, de lengte flatteus tot net op de knie.