Brief uit Parijs

4 maart 2020

In maart schrijf ik in Parijs aan mijn derde roman Lalalanding.
Publicatie in 2021 door Uitgeverij Querido.

“Lieve lezer,

Vandaag zal ik de Eiffeltoren beklimmen etc.”

Online doe ik een oproep of mensen een brief van me willen ontvangen uit Parijs. Dat willen de mensen, graag zelfs! De reacties zijn hartverwarmend te noemen. Ik neem luchtpostpapier mee van huis, ooit kocht ik een restant van een partij van iemand op marktplaats.

Nu heb ik een mooie bestemming. Het idee is mooi, lijkt me, het gevoel dat iemand krijgt, wanneer hij de envelop opent, en het dunne, lichtblauwe papier aanraakt. De brief schrijf ik met zwarte inkt, een fineliner van de Hema, geen vulpen. Dat zou nog mooier zijn.

Intiem

Is het een gebaar naar de ander? Het schrijven van een brief, het sturen van een brief? Ik doe het om te laten zien dat trage manieren van communiceren belangrijk zijn, naast de ‘fast lane’ van het online gebeuren. Ook ben ik me bewust van het verlangen van mensen naar een brief, iets wat speciaal voor hen is gemaakt, een unicum, onherhaalbaar.

Kopie

Omdat ik verwacht dat er mooie gedachten uit zullen rollen, kopieer ik de brieven.

Enfin, ik schreef gisteren de eersteling, een brief over het geluid van de straatveger en zijn bezem.

Ik zocht een Copyrette online, maar onderweg kwam ik eerder eentje tegen, in een zijstraat van de Rue des Dames. Je struikelt er over in Les Batignolles.

In het zaakje is geen centimeter onbenut gelaten, zoals alle winkels en ruimtes hier in parijs, de prijs per vierkant meter is exorbitant, hoe de mensen het in de middenstand overleven is me sowieso een raadsel. De jongen van de printshop neemt de brief van me aan, twee pagina’s ritselen in zijn voorzichtige, ontvouwende handen, dan doet hij met een ceremonieel gebaar de klep van de kopieermachine open.

Glimlach

Ik bekijk zijn gezicht terwijl hij zijn werk doet, ik verwacht een glimlacht, een blik van herkenning, iets als, “ah, un lettre”, maar hij doet zijn werk, zwijgend, serieus. De machine maakt een foto van de brief, de eerste brief uit Parijs.
“Madame, et voilà!”
Hoor ik nu toch iets van een lach in zijn stem?

Voorzichtig overhandigt hij me de twee pagina’s, vel voor vel. Ik vouw ze voorzichtig op terwijl de jongen naar mijn handen kijkt.

Ik neem de tijd.